We beginnen en eindigen onze georganiseerde rondreis door Cuba in Havana.
Hotel Deauville ligt op steenworp afstand van de Malecón (boulevard) met links het ‘moderne’ Havana en rechts het Castillo de San Salvador de la Punta. De huizen aan de Malecón zijn bijna zonder uitzondering in een zwaar vervallen staat. De pastelkleurige verf kan de boel nog maar nauwelijks opfleuren. Als we voor een stadswandeling op weg willen, ervaren we al na twee stappen buiten het hotel de opdringerigheid van de Cubanen. Die opdringerigheid blijkt de gehele dag dominant aanwezig en maakt ons steeds harder in onze reactie. We wandelen over de Prado naar het Parque Central, langs het Museo de la Revolucion, over de Calle Empedrado (met Hemmingway’s stamkroeg La Bodeguita del Medio) naar de Plaza de la Catedral en via de Plaza de Armas naar het water van het Canal de Entrada. We kijken constant onze ogen uit naar allerlei straattafereeltjes.

Vroeg in de avond maken we nog een korte wandeling over de Malecón richting Vedado. Nu we niet bepakt en bezakt rondlopen, worden we beduidend minder vaak lastiggevallen. Langs de Malecón ligt het Parque Antonio Maceo met een fontein en een flinke kinderspeelplaats. We blijven er kort en kijken naar een judoklasje. De duisternis treedt snel in. Met ons reisgezelschap hebben we een diner op het dakterras van een hotel aan de Plaza de Armas. Er speelt een leuk trio, maar het eten is niet bijzonder. Om 21:00 uur horen we kanonschoten, die afkomstig zijn van de burcht aan de haven, een dagelijks terugkerend ritueel. Sommige die-hards gaan om 1:00 uur nog naar de Casa de la Musica, maar wij houden het voor gezien.

Op onze laatste dag in Havana is het weer somber, de zee is wild en de temperatuur is flink gedaald. We lopen eerst naar het tentoonstellingsgebouw Capitolio, een kopie van het Capitool in Washington DC. Naast het Capitolio staat de grootste sigarenfabriek van Cuba, Fabrica de Tabacos Partagas, opgericht in 1845. Daarna slenteren we wat door de niet bijster interessante wijk Vedado. We lopen toevallig langs de Nationale Bibliotheek, maar ons doel is vooral de Plaza de la Revolución, waar het gezicht van Che prijkt op het gebouw van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Er recht tegenover staat een standbeeld van José Martí. In het er onder gelegen gebouw is een tentoonstelling ingericht over het leven van deze Cubaanse held. Op Calle 23 lopen we langs de beroemde ijssalon La Coppelia, waar Cubanen uren in de rij staan voor twee bolletjes ijs.
[twitter_stream template=”list” search=”Havana” lang=nl count=5]